Adviezen voor ouders

Met kinderen die pesten of gepest worden

Onderstaande adviezen voor ouders zijn zorgvuldig opgesteld in nauwe samenwerking met een orthopedagoog en tevens een van de auteurs van Meidenvenijn is niet fijn!. Het zijn praktische adviezen waar u als ouder en kind geen rechten aan kunt ontlenen, maar die mogelijk wel ondersteunend kunnen zijn in het benaderen van de pestproblematiek.

Algemene adviezen voor alle ouders

Praten over pesten kan best lastig zijn. Toch is het belangrijk de problemen van uw kind of groep kinderen niet zelf op te lossen. Het is de kracht om samen te zoeken naar mogelijkheden om iets aan het pesten te doen. Luister goed naar wat uw kind wil en laat hem of haar merken dat u ze steunt bij het vinden van eigen oplossingen.

De volgende adviezen kunnen hierbij behulpzaam zijn

  • Neem de verhalen over het pesten altijd serieus en laat dit ook aan uw kind merken.
  • Bespreek met uw kind haar/zijn rol bij het pesten.
  • Blijf op een positieve manier in gesprek met uw kind, maar hoor uw kind niet helemaal uit. Uw kind heeft er geen baat bij om elk detail te moeten vertellen. Vaak is dit te moeilijk.
  • Realiseer dat kinderen het soms erg moeilijk vinden om in een één-op-één gesprek over een dergelijk beladen onderwerp te praten. Vaak helpt het om te praten tijdens een andere bezigheid, zoals het wandelen met de hond, tijdens de afwas of tijdens een autorit.
  • Los niet de zelf de problemen van uw kind op, maar zoek samen naar mogelijkheden om iets aan het pesten te doen. Luister goed naar wat uw kind wil en laat merken dat u uw kind steunt bij het vinden van eigen oplossingen.
  • Zoek oplossingen die goed zijn voor uw kind, voor uzelf, maar ook voor de andere kinderen, voor de andere ouders en de school.
  • Leer uw kind voor zichzelf en voor anderen op te komen. Stimuleer uw kind te zeggen wat het wel en niet wil, leer ‘nee’ te zeggen, te overleggen en te onderhandelen over oplossingen.
  • Geef uw kind voldoende aandacht en toon belangstelling voor wat uw kind doet, denkt en voelt, zonder voortdurend aan te dringen en te controleren.
  • Stimuleer het zelfvertrouwen van uw kind. Geef regelmatig complimenten, niet alleen voor de dingen die goed gaan, maar ook gewoon door opmerkingen als ‘Ik vind het gezellig met jou’, ‘Wat leuk dat je dit doet’ of ‘Wat fijn dat je me dit vertelt’.
  • Creëer een veilig en ‘warm’ thuis; kinderen die zich gewaardeerd en geborgen voelen, staan sterker. Bij tegenslag weten kinderen dat ze thuis terecht kunnen en dat u naar ze luistert.
  • Kinderen vragen duidelijke grenzen: regels moeten er niet alleen zijn, ze moeten ook worden nageleefd en het liefst op een consequente manier.
  • Geef zelf het goede voorbeeld: kinderen leren thuis hoe ze respectvol met elkaar en anderen moeten omgaan. Spreek met respect over andere mensen, roddel en (ver-)oordeel niet. Los conflicten op door er rustig over te praten.
  • Zoek ook eventueel als ouder zelf steun, bij bekenden, of bij een professional. Het kan emotioneel zwaar zijn als uw kind gepest wordt of zelf pest. Het kan dan helpen om er met iemand over te praten.

Adviezen aan ouders van gepeste kinderen

Als uw kind het moeilijk heeft tussen andere kinderen op school, kan dat ook voor uzelf als ouder heel pijnlijk zijn. U kunt zich machteloos voelen en er komen soms vergelijkbare herinneringen aan uw eigen kindertijd boven, die het extra pijnlijk maken. Help uw kind zich meer weerbaar te maken.

Let daarbij op de volgende dingen

  • Neem het probleem van uw kind niet over. Een kind dat het moeilijk heeft, heeft behoefte aan steun en een luisterend oor. Als het kind merkt dat het zijn/haar ouders belast met zijn/haar verhaal kan het gevoel van onmacht onbedoeld vergroot worden (‘Als mijn ouders er al zo van in de war raken, hoe moet ik het dan aan kunnen?’). Zoek voor uw eigen verdriet en onmacht een eigen plek.
  • Probeer geen ongevraagde tips en adviezen te geven, ook al bedoelt u het goed. Wanneer iemand hier niet om gevraagd heeft, werken tips en adviezen vaak tegengesteld. Hierdoor kunnen irritaties ontstaan, waardoor het eerder slechter dan beter gaat. Roep geen dingen als ‘je bent wie je bent’, ‘je moet meer voor jezelf opkomen’ en meer van dat soort goedbedoelde maar zinloze adviezen. Als het kind in staat zou zijn dit allemaal te doen, zou het probleem er waarschijnlijk niet zijn.
  • Bevestig uw kind niet in zijn slachtofferschap. Leer een kind omgaan met de moeilijke kanten van het leven. Sommige moeilijke momenten zijn te omzeilen, maar de meeste moet je leren hanteren. Laat in woorden en gedrag zien hoe je met moeilijke situaties om kunt gaan. Als u dat zelf niet weet, praat er dan eens met anderen over, lees erover of zoek hulp.
  • Biedt onvoorwaardelijke steun. Voor de meeste ouders is het geen makkelijke opgave om te gaan met een zoon of dochter die bang is om naar school te gaan, gepest wordt, vaak alleen zit, verdrietig of boos is. Als ouder wordt u vaak heen en weer geslingerd tussen de wil om te steunen en begrip te hebben enerzijds; en de praktijk van de dagelijkse omgang met een dwarse, gefrustreerde en vaak chagrijnige zoon of dochter anderzijds. Soms denkt u misschien dat uw kind niets wil. Laat u niet frustreren door de nukken van uw kind. Geef grenzen voor zijn/haar gedrag helder aan, maar biedt tegelijkertijd onvoorwaardelijk steun ten aanzien van zijn/haar probleem. Uw kind zal weinig anderen hebben die hem/haar die steun kunnen bieden. Toon begrip, liefde en zorg dat u er bent om uw kind te troosten.
  • Blijf samen (leuke) dingen doen. U kunt iemand die ‘niet lekker in z’n vel zit’ helpen door samen leuke dingen te blijven doen zoals de stad ingaan, spelletjes doen, hobby, sport etc.

Adviezen aan ouders van pestende kinderen

Bent u de ouder van een kind dat pestgedrag vertoont, bespreek dit dan op een rustige manier, zodanig dat uw het kind zelf in actie kan komen om dit ongewenste gedrag te veranderen.

Onderstaande adviezen kunnen u eventueel helpen

  • Raak niet in paniek; elk kind loopt de kans om pester te worden.
  • Probeer achter de mogelijke oorzaak van het pesten te komen. Er kan sprake zijn van teleurstellingen en frustraties binnen of buiten het gezin; een kind kan denken dat het stoer/’cool’ is; kan zelf gepest worden; wil altijd de baas spelen; is bang voor verlies van controle (over de groep).
  • Maak duidelijk dat pesten onaanvaardbaar is, maar leg nadrukkelijk uit dat u het gedrag van uw kind afkeurt, maar niet uw kind zelf.
  • Bespreek het pestgedrag van uw kind; maak duidelijk wat het verschil tussen plagen en pesten is en leg uit dat je ook te ver kunt gaan en iemand echt kunt kwetsen als je bijvoorbeeld een grapje maakt.
  • Leg uit dat uw kind op deze manier nooit echte vrienden zal hebben, omdat eigenlijk iedereen bang is voor haar/hem (ook de beste vrienden); dat samen dingen doen is leuker dan altijd de baas willen spelen; dat als je boos wordt, je altijd weg kunt lopen, dat je de frustraties niet kwijt raakt door je af te reageren op anderen etc.
  • Maak uw kind gevoelig voor wat het anderen aandoet.
  • Pas op met het geven van straf, want dat kan leiden tot agressie naar het slachtoffer toe.
  • Stimuleer uw kind tot het beoefenen van een sport, een muziekinstrument of een andere hobby zodat hij in een spel, hobby of motorisch vaardigheid kan uitblinken.
  • Bied uw kind hulp aan om het gedrag te veranderen. Vraag bijvoorbeeld wat zou kunnen helpen.
  • Bespreek met uw kind hoe zij/hij het goed zou kunnen maken met het gepeste kind.

Extra hulpverlening

In geval van ernstig pestgedrag zullen adviezen alleen niet toereikend zijn en is professionele ondersteuning gewenst. Vraag school naar de mogelijkheden voor extra hulpverlening en plan van aanpak via het Zorg- en Adviesteam. Hierin werken scholen samen met maatschappelijk werk, GGD, jeugdgezondheidszorg, politie et cetera.

De curatieve lessen heb ik gegeven in groep 6. De meisjes waren zeer enthousiast, met name het werkboek en de rollenspelen spraken hen aan. Ze herkenden de meidenrollen en konden er goed over vertellen. Ik merkte dat ze het heel interessant vonden om te praten over meidenvenijn. Les 4 over het stellen van doelen was best pittig.
Anja Jansze, leerkracht praktijk groep 6/7
Het viel mij op dat (vooral in bovenbouwgroepen) veel speelt tussen de meiden. Hier was niet altijd makkelijk vat op te krijgen. Ik had net een nieuw meisje in de groep gekregen, dat zich behoorlijk profileerde. Veel speelde zich buiten schooltijd af. Ik mocht van mijn school de Opleiding Meidenvenijn volgen om meer inzicht te krijgen in het groepsdynamische proces bij meiden.
Freek Jansen, leerkracht groep 8
logo kinderpostzegels
logo gezonde school